Criteriumgerichte Interviews

Deel 1 (2014/2015): Criteriumgericht interview leerjaar 1
Deel 2 (2015/2016): Criteriumgericht interview leerjaar 2

Terugblik

Bewijs rol ondernemende ontwikkelaar

Bewijs dat ik expert ben in vernieuwende didactische werkvormen:
1. Volkskrant (3 juli 2013): De nieuwe leraar is videomeester.
2. Didactief (mei 2016): De opkomst van instructiefilmpjes – interview kader.

Hele artikel mei

Dankwoord

In mijn studie hebben veel mensen uit mijn netwerk mij feedback gegeven, ondersteund en geholpen. Ik wil graag iedereen bedanken.

Dominique SluijsmansDominique Sluijsmans die mij de Gouden Tip gaf voor mijn deelvragen en heel erg geïnteresseerd is in mijn onderzoek (via haar ben ik geïnterviewd voor het boek “De Toetsrevolutie“).

Pedro De BruyckerePedro de Bruyckere, pedagoog en kritische onderwijswetenschapper, die voor één uur LA-2-pitches bijwonen in Eindhoven, van af Leuven, bijna 6 uur in de trein gezeten heeft. Ik ken Pedro vanuit mijn Twitter en LinkedIn netwerk en was blij verrast toen hij op mijn uitnodiging in ging.

Arnoud KuijpersArnoud Kuijpers, docent Nederlands van het jaar 2015, heeft mij feedback gegeven op en geholpen met mijn schrijfstijl bij LA1. Ik ken Arnoud als mede YouTube-docent via Twitter.

Casper HulshofCasper Hulshof, onderwijskundige bij Universiteit van Utrecht, heeft mij feedback gegeven op inhoud en wetenschappelijke schrijfstijl voor mijn praktijkonderzoek. Ik ken Casper Hulshof via Twitter.

Esther van PoptaEsther van Popta, promoveert op peerfeedback, heeft mij inhoudelijke feedback gegeven op mijn praktijkonderzoek. Ik ken Esther van Popta van Edcamp 2013.

Laurens EbberinkLaurens Ebberink, psychologisch onderzoeker, heeft mij wegwijs gemaakt in kwantitatieve onderzoeksmethoden en statistiek. Laurens en ik zijn al 20 jaar bevriend.

Karin WintersKarin Winters, MLI-alumni bij Stoas Wageningen, heeft mij via Twitter moreel ondersteunt en feedback gegeven op het LA4 scenario. Ik ken Karin Winters via Twitter.

Daarnaast wil ik alle andere bedanken die mij in enige mate gesteund of geholpen hebben:
Mijn vrouw, Jos Reulen, Pauline van Hoek, Farah Toonen, Lucy Reijnen, Judith van Hooijdonk, Mieke Haverkort, en natuurlijk mijn leerteam: Bert, dank je voor je feedback op mijn tekst, Hilde, Julia, en Mijke.

Feedback op PI’s

Feedback op Prestatie-Indicatoren uit mijn praktijk

Deze feedback is van mijn directeur, van een collega uit de werkgroep: Onderwijsontwikkeling, van een collega die master SEN gedaan heeft en nu master pedagogiek volgt en een collega die ook in de werkgroep voor het herijken van de visie zit.

Lees verder…

ORD


Onderdeel van het onderzoek op Master Leren & Innoveren is dat je je onderzoek presenteert op een congres. Sommige studenten zijn naar EAPRIL 2016 in Luxemburg geweest. Ik was jaloers, maar in januari heb ik een proposal ingediend voor de Onderwijs Research Dagen 2016 in Rotterdam en dit werd geaccepteerd.

Achteraf ben ik blij dat ik in deze fase mijn onderzoek gepresenteerd heb, omdat mijn onderzoek afgerond was. De presentatie op de ORD was de kers op mijn LA5.

Lees verder…

Practise what you preach: Het geven van feedback

Als je mijn onderzoek gelezen hebt weet je dat geven van feedback misschien wel meer oplevert dan effectieve feedback krijgen. Ik geloof hier ook echt in en ik grijp alle kansen aan om feedback te geven. Op mijn school, aan collega’s die onderzoek doen, op actieonderzoek van LIO’ers, binnen mijn netwerk, maar vooral binnen het leerteam.

Feedback binnen ons leerteam

Leerteamleren werkte voor ons leerteam echt goed. Ik herinner me nog dat ik in het eerste jaar twijfelde of dit meer oplevert, maar wij hebben gezorgd voor een sterke sociale cohesie. We leven met elkaar mee, we vieren de voldoendes en goeds en rouwen mee met de onvoldoendes. We hebben elkaar heel vaak feedback gegeven, we waren er niet eens bewust van dat onze feedback beoordeeld werd als voorwaarde voor LA5. Vooral voor deadlines en wanneer mensen een onvoldoende hadden, hebben we elkaar veel geholpen. Het is dan ook fijn dat we elkaar zo goed kunnen aanvullen: Bert heeft een fantastische schrijfstijl en ik ben heel goed geworden in herleidbaar schrijven van resultaten naar conclusie (vooral kwantitatief). Ik weet zeker dat dit de reden is dat ons leerteam zo goed scoort en ik weet zeker dat ik er veel van geleerd heb en dat ik alle kansen om feedback te geven op blijf zoeken.

FB beoordeling Bert

Voorbeelden van gegeven feedback:

Binnen het leerteam:
Voor LA5-2 heb ik Bert feedback gegeven vanuit de feedbackcriteria. Mijn begeleidster vindt dat ik nuttige feedback geef, twee criteria voldoende de rest allemaal goed.

Hilde heb ik voor LA5-2 expliciete feedback gegeven op haar rapportage van resultaten en de conclusie. Van te expliciete feedback leer je niet zo veel, maar van het zien van goede voorbeelden wel.
Voor Mijke heb ik over haar resultaten heen gekeken en feedback gegeven, met hier en daar wat suggesties.

Andere feedback
Dit is een voorbeeld van feedback die ik aan een collega van mijn school heb gegeven die haar actieonderzoek aan het afronden is voor haar tweede graads opleiding.
Binnen mijn netwerk heb ik ook feedback gegeven op de vroege fases van het onderzoeksvoorstel van Jochem Goedhals (MLI-student die ik daarvoor al kende via mijn PLN).

Statistiek en de MLI

Waarom wordt kwantitatief onderzoek afgeraden?
Je hebt relatief grote groepen nodig…

Waarom wordt aangeraden perceptie te meten?
Absolute effecten zijn in het onderwijs lastig te isoleren…

Waarom wordt er geen ondersteuning gegeven voor statistiek?

Dieponderzoek.nl: De kloof die maar niet weggaat: kwali vs kwanti in sociale wetenschap (door Linda Duits)

Dit stuk beschrijft waarom mixed-method onderzoek in sociale wetenschappen zo belangrijk zijn. Het is jammer als het gros van de MLI studenten alleen in aanraking komt met kwalitatief onderzoek, zeker omdat evidence based onderwijs vaak gestoeld is op effectgroottes.

Ik doe het zelf wel


Ik verklap het vast, statistiek is niet moeilijk. Als het bij je type onderzoek past zou ik het zeker niet laten, zorg wel voor een goede onderzoeksopzet. Anders maak je het jezelf moeilijk (niet statistiek de schuld geven).

Rob’s stappenplan voor succesvol kwantitatief onderzoek voor de MLI-student:
0. Voorwaarde: je hebt een probleemstelling en onderzoeksvraag die het best te beantwoorden is met kwantitatief onderzoek.
1. Zorg voor een goede opzet
    1a. Zorg voor vergelijkbare groepen
    1b. Zorg dat er maar één variabele anders is
2. Zorg voor een goed instrument (het liefst een bestaand gevalideerd instrument)
3. Zorg dat je weet hoe je data in moet voeren in SPSS (benoemen van variabelen, zorg dat je een ID-string aanmaakt) Tip: YouTube
4. Doe een schaalanalyse (Cronbach’s Alpha), over de hele schaal en per subschaal, misschien moet je wel items uitsluiten van de analyse.
    4a. Optioneel: zoek outliers met behulp van een boxplot, zeker leerlingen begrijpen misschien sommige vragen niet, of hebben de lijst niet serieus ingevuld.
5. Werk met composietscores, maak een gemiddelde over de hele schaal, of per subschaal.
6. Controleer of je groepen vergelijkbaar zijn (Levene’s test zit automatisch in sommige analyses)
7. Doe je analyse (frequency chart / T-test / ANOVA)
8. Rapporteer in 3 stappen
    8a. beschrijf wat je gedaan hebt
    8b. noem de resultaten (getallen)
    8c. omschrijf het resultaat (niet interpreteren)

SPSS is voor de meesten MLI-studenten een nieuw stukje software, en SPSS heeft nogal veel functies, maar een stukje zelfregulatie (YouTube, maar echt, alles staat op YouTube) en alles komt goed. Met stap 1 maak je het jezelf gewoon veel makkelijker, er zijn namelijk wel trucjes om hier omheen te werken, maar liever heb je recht toe recht aan statistiek. Bij stap 2 moest ik helaas helemaal zelf een vragenlijst maken, Baarda beschrijft prima hoe je validiteit kunt borgen, maar ik moet zeggen dat ik heel blij was toen ik zag dat mijn alpha groter dan 0,8 was. Stap 5 is om te zorgen dat je op een aggregatieniveau werkt waarbij je daadwerkelijk iets kunt zeggen over je onderzoeksvragen. Stap 6, hopelijk is stap 1a goed genoeg, maar hier even je statistische bewijs dat er geen significante afwijking tussen de groepen is. Bij stap 7 had ik een repeated measures ANOVA met drie interventie groepen. En voor stap 8 heb ik veel gebruik gemaakt van de site hieronder. Let wel op, wij maken bij de MLI onderscheid tussen resultaten en conclusie, dus nog niet interpreteren bij de resultaten (dat doet de site wel).
http://statistics-help-for-students.com/ (en dan kijken bij report).

Succes.

Ik heb zelf een video gemaakt van stap 4a t/m 7 voor mijn analyse.

MLI eindstand

Read, Write, Delete, Repeat

Op dit moment ben ik bezig met de integratiefase. Al mijn leerarrangementen zijn afgerond. Tijd voor een terugblik.

Leerarrangement 3: Een kritische blik naar de herijking van onze visie.

Ik wist dat ik bij LA3 het meeste zou leren. De theorie was nieuw voor mij en ik heb bij eerdere innovaties al duidelijk de behoefte ervaren naar goede vaardigheden om collega’s te begeleiden en mee te nemen, maar ook vaardigheden om efficiënt te communiceren met de schoolleiding. Hoewel hier een groot deel afhangt van erkenning van je schoolleiding, deze erkenning groeide gelukkig al in het eerste leerjaar.
Dit leerarrangement leek mij heel nuttig (vooral voor mij) maar eigenlijk leek mij dit leerarrangement ook het minst leuk/interessant. Toch heb ik hier het meest geleerd, vooral omdat ik lekker veel fouten heb gemaakt: aanvaring met Ronald, kennisdialoog op mijn werk en te veel zorgen maken over de skillsassessment. (Zie LA3 reflectie)

Gelukkig heb ik bij de herkansing minder nagedacht en echt geluisterd bij het gesprek, wat mooi eindigde in een goed.
Michiel Gerrie LA3
Dit was een belangrijke punt in mijn opleiding: ik kreeg hernieuwde moed, waar ik een paar maanden eerder bijna overspannen thuis zat.

Leerarrangement 4: Toekomstgericht onderwijs

Het vierde leerarrangement betekent veel voor de rol van een MLI’er. Het gaat over de toekomst, voorbereid zijn op de toekomst en vormgeven aan de toekomst. Hier wordt van de student gevraagd om je eigen context te ontstijgen en over de grenzen heen te kijken naar wat mogelijk is. Aan een kant is het jammer dat er geen product ontstaat waar je school direct iets aan heeft (zoals, bij alle andere leerarrangementen wel het geval is). Het unieke en leuke aan dit leerarrangement is dat je technieken aangeleerd krijgt (meer methodes dan vaardigheden) die horen bij scenarioleer. Ik vind het bij dit leerarrangement wel jammer dat ik niet goed gezien ben en dat de vorm van het product zwaarder telde dan inhoud. Ik kan het dan niet laten terug te denken aan mijn verslagen op de middelbare school, waar ik met WordPerfect 5.1 een hele mooie opmaak maakte en een hoog cijfer kreeg, terwijl mijn product inhoudelijk niet zo veel voorstelde. Ik hoop dat daar doorheen geprikt zou worden.
Verder lezen? Lees hier mijn uitgebreide reflectie op LA4…

Bij dit leerarrangement wordt je ook beoordeeld op het inzetten van je netwerk, op zich is crowd-sourcing geen gek idee, maar in plaats van dat jij en PI aan mag tonen met alles waar voor jij je PLN voor inzet is het heel erg afgebakend. Het klopt niet dat de MLI als geheel mij een magere voldoende zou geven voor dit terwijl “delen” my middle name is. Mensen die me een beetje volgen weten dat ik in verschillende landelijke netwerken actief ben en dat ik enkele geïnitieerd heb.

Leerarrangement 5: Rob de onderzoeker

Waar ik bij leerarrangement 3 relatief gezien veel geleerd heb doordat ik weinig voorkennis had, heb ik bij mijn praktijkonderzoek zo’n grote ontwikkeling doorgemaakt dat ik mezelf echt ben ontstegen. Ik vind het opzetten en uitvoeren van onderzoek het leukste wat ik op de Master Leren & Innoveren heb gedaan. Dit is ook echt iets wat ik in de toekomst meer zal gaan doen. Hoe weet ik nog niet, maar ik ga goed nadenken over een dubbele baan als docent-onderzoeker of het begeleiden van onderzoek binnen de AOST of heel misschien in de toekomst promotiebeurs voor leraren aanvragen…
Als je mijn blogs over LA5 leest, zul je zien dat ik veel geworsteld heb met het de vertaalslag van mijn hoofd naar op papier, je zult lezen dat ik veel hulp heb gevraagd via mijn netwerk en ik kan je vertellen dat het goed uitvoeren van je interventie organisatorisch de grootste uitdaging is.
Terugkijkend ben ik blij dat ik zo vaak tegen een muur ben gelopen met mijn opzet. Een tweede onvoldoende krijgen van een andere beoordelaar was heel frustrerend, maar ik ben zo dankbaar dat mijn opzet niet te makkelijk goed gekeurd is, want juist door het goed omschrijven van de opzet is het schrijven van de uiteindelijke rapportage makkelijk (kanttekening, de interventie en data-analyse is niet makkelijk, het op papier zetten van resultaten wel).

De kroon op mijn werk was de ORD. Hier wijd ik een aparte blogpost aan.

Ik nodig iedereen uit de vakpublicatie en het artikel van mijn onderzoek te lezen.

“Ik heb nog wel iets liggen…”

“Minder les leidt niet automatisch tot beter onderwijs”
Bron: Aleid Truijens, Volkskrant (11 juni 2016)

In de personeelskamer naar aanleiding van de aangenomen motie van Paul van Meenen: “Het is een misverstand dat het de lessen zijn die voor werkdruk zorgen.” Paul van Meenen wil dat docenten meer tijd krijgen voor ontwikkeling en professionalisering, maar deze collega benadrukte dat behalve een wellicht toekomstige wet, er in de CAO’s vastgelegd dient te worden dat de vrijgekomen ruimte expliciet daarvoor bedoeld is, en dat schoolleiders deze niet vol gaan plannen met taakuren.

Lees verder…