Peer feedback in the classroom

Peer feedback in the classroom

– Starr Sackstein

Dit is een uitstekend boek voor mensen die willen beginnen met het inzetten van peerfeedback en er nog weinig vanaf weten. Dit boek wijst op een aantal voorwaarden om peerfeedback in te kunnen zetten en hoe je dit kunt bevoorwaarden, zoals veiligheid in de groep, het creëren van een feedbackcultuur (inclusief de vaardigheden) en de gelegenheid om werk te herzien.
Aan de andere kant missen er een aantal dingen, wordt er niet diep genoeg op in gegaan en ontstijgt het niet haar context. De koppeling met formatief evalueren is er bijna niet, terwijl het inzetten van peers een belangrijke kernstrategie van formatief evalueren is. Het belang van feed-up is bij peerfeedback heel groot. Er wordt wel gesproken over, onder andere, het samen creëren van succescriteria maar eigenlijk niet goed hoe dit in zijn werk gaat. Daarnaast is er een hoofdstuk waar ingegaan wordt op hoe je ICT in kunt zetten bij peerfeedback en hier wordt alleen ingegaan op het geven van opmerkingen in Google Docs. Gemiste kans, er zijn een aantal andere digitale tooltjes die peerfeedback veel beter structureren. Ik had gehoopt iets te leren of te lezen over peerfeedback bij kleinere opdrachten en de opbrengsten hierbij. En een persoonlijke noot – het geven van peerfeedback levert de leerlingen veel meer op dan het krijgen van peerfeedback en zij selecteert de beste leerlingen om feedback te geven. Een gemiste kans voor alle andere leerlingen. Empower dan iedere student om een expert te zijn!

Wil je beginnen met peerfeedback bij een grote opdracht en weet je nog niet hoe is dit een goed boek voor jou.
Ben je al bezig met peerfeedback, of weet je al iets van effectieve feedback of formatief evalueren, dan is dit boek niet voor jou.

+ Geen voorkennis nodig
+ Vanuit ervaring – herkenbare situatie voor leraren
+ Benoemt voordelen
+ Benoemt voorwaarden en geeft handvatten hoe je hiervoor kunt zorgen

– Alleen haar context, grote opdracht met een expert-groep
– Matig gekoppeld aan formatief evalueren
– Geen koppeling naar wetenschappelijke inzichten
– Slechte voorbeelden van middelen om peerfeedback in te zetten

Practise what you preach: Het geven van feedback

Als je mijn onderzoek gelezen hebt weet je dat geven van feedback misschien wel meer oplevert dan effectieve feedback krijgen. Ik geloof hier ook echt in en ik grijp alle kansen aan om feedback te geven. Op mijn school, aan collega’s die onderzoek doen, op actieonderzoek van LIO’ers, binnen mijn netwerk, maar vooral binnen het leerteam.

Feedback binnen ons leerteam

Leerteamleren werkte voor ons leerteam echt goed. Ik herinner me nog dat ik in het eerste jaar twijfelde of dit meer oplevert, maar wij hebben gezorgd voor een sterke sociale cohesie. We leven met elkaar mee, we vieren de voldoendes en goeds en rouwen mee met de onvoldoendes. We hebben elkaar heel vaak feedback gegeven, we waren er niet eens bewust van dat onze feedback beoordeeld werd als voorwaarde voor LA5. Vooral voor deadlines en wanneer mensen een onvoldoende hadden, hebben we elkaar veel geholpen. Het is dan ook fijn dat we elkaar zo goed kunnen aanvullen: Bert heeft een fantastische schrijfstijl en ik ben heel goed geworden in herleidbaar schrijven van resultaten naar conclusie (vooral kwantitatief). Ik weet zeker dat dit de reden is dat ons leerteam zo goed scoort en ik weet zeker dat ik er veel van geleerd heb en dat ik alle kansen om feedback te geven op blijf zoeken.

FB beoordeling Bert

Voorbeelden van gegeven feedback:

Binnen het leerteam:
Voor LA5-2 heb ik Bert feedback gegeven vanuit de feedbackcriteria. Mijn begeleidster vindt dat ik nuttige feedback geef, twee criteria voldoende de rest allemaal goed.

Hilde heb ik voor LA5-2 expliciete feedback gegeven op haar rapportage van resultaten en de conclusie. Van te expliciete feedback leer je niet zo veel, maar van het zien van goede voorbeelden wel.
Voor Mijke heb ik over haar resultaten heen gekeken en feedback gegeven, met hier en daar wat suggesties.

Andere feedback
Dit is een voorbeeld van feedback die ik aan een collega van mijn school heb gegeven die haar actieonderzoek aan het afronden is voor haar tweede graads opleiding.
Binnen mijn netwerk heb ik ook feedback gegeven op de vroege fases van het onderzoeksvoorstel van Jochem Goedhals (MLI-student die ik daarvoor al kende via mijn PLN).

LA5: Onderzoeksvragen

Een goede onderzoeksvraag is heel belangrijk. Dit definieert wat je gaat onderzoeken. Dat klinkt als een open deur, maar ik ben hier toch een paar keer tegen aan gelopen. Ik wist heel goed wat ik wilde onderzoeken en kon dit prima vertellen. Alleen dit zo te formuleren dat het compleet en op slechts één wijze te interpreteren valt, is best lastig.

Lees verder…

Mini-blog: Onderzoek (deel 2)

Vervolg op Mini-blog: Onderzoek

Mijn praktijk onderzoek loopt goed. Ten tijde van de vorige blog was ik het hoofdstuk over resultaten aan het schrijven. Afgelopen week was de deadline voor de aanmelding voor de Onderwijs Research Dagen 2016. Ik heb mijn onderzoek aangemeld voor een poster-presentatie. Hiervoor moest ik mijn onderzoek in maximaal 1.000 woorden vangen in plaats van de maximaal 9.000 voor de rapportage (eis van mijn opleiding). Het was een uitdaging om zo kort en bondig te zijn, maar het dwingt me wel weer te focussen. Ik denk dat ik voor mijn opleiding ook ver onder de 9.000 woorden ga blijven.

Doordat ik dit stukje voor de ORD geschreven heb, heb ik al mijn resultaten verwerkt. Ik heb hier van verschillende mensen feedback op gekregen, met als resultaat dat ik nu niet alleen enthousiast ben over mijn onderzoek, maar ook over mijn rapportage. Het liefst zou ik mijn ingezonden voorstel delen, maar er zijn blinde reviews voor de beoordeling van de voorstellen, dus deel ik het nog niet.

Als ik mag presenteren zal ik 26 mei op mijn blog de poster plaatsen.

Mini-blog: Onderzoek (deel 1)

24 december keek ik naar de Nationale WetenschapsQuiz 2015. Wat ik het mooiste vond, was het voorstellen van de kandidaten, waarbij de wetenschappers iets over hun onderzoek mochten vertellen.

Zij vinden hun veld en onderzoek echt het einde; wanneer ze erover vertellen schitteren hun ogen.

Ik vind mijn praktijkonderzoek naar peerfeedback op vmbo ook te gek. Maar echt, ik kan er zo een uur over praten. Zeker nu ik resultaten aan het verwerken ben: echt leuk om te doen. Helaas is dit slechts een teaser voor jullie, rapportage volgt, maar ik ben benieuwd of jullie dit ook interessant vinden…

Ik ben zo benieuwd, omdat die wetenschappers hun aandoenlijke enthousiasme voor het onderwerp waarschijnlijk met een handje vol mensen delen. Er is een risico op de reactie: “Nou en?” En dat risico loop ik ook.

MLI tussenstand II

Maandag Dinsdag Woensdag Donderdag …

Afgelopen week stond volledig in het teken van de MLI.
Maandag heel vroeg naar Eindhoven om mijn kennisdialoog op mijn school en de logistiek van stap 3 van mijn LA5 interventie voor te bereiden. ’s Avonds had ik eigenlijk geen rol op de studie… totdat ik als observator bij een oefengesprek aangaf dat ik het ook niet beter kon en voor de klas gevraagd werd.
Dinsdag vroeg naar mijn eigen school, feedbackformulieren verdelen over sectorwerkstukken, interventie begeleiden in de tweede interventiegroep (de schoolfotograaf kwam tussendoor -argh-), powerpoint voor mijn kennisdialoog op de juiste plek klaarzetten. ’s Middags kwam Mijke mijn kennisdialoog observeren. Mijke vond mijn kennisdialoog voldoende omdat ik mijn doelstelling gehaald heb, persoonlijk vind ik mijn kennisdialoog onvoldoende.
Woensdag heb ik nog een interventiegroep begeleid, dit verliep perfect, ik ben zóóó benieuwd naar de resultaten van mijn praktijkonderzoek. Met enkele collega’s gereflecteerd op mijn kennisdialoog, heel fijn om door een andere bril naar mijn kennisdialoog te kijken. Er zijn zeker goede dingen bereikt.
Donderdag vroeg naar Breda om de kennisdialoog van Mijke te observeren. Wat leuk om te observeren, de energie van de groep, het is leuk om op de achtergrond te blijven en ik kon mijn glimlach niet onderdrukken.

Lees verder…

Kwaliteitsbegrip

Voor mijn praktijkonderzoek ga ik een interventie evalueren. Ik heb al een paar keer geblogd over de interventie en de context: peerfeedback bij het sectorwerkstuk. Het doel van de interventie is dat er minder variatie in de kwaliteit komt, maar niet ten koste van de gemiddelde kwaliteit, sterker nog een aanname van mij is dat die ook toe zal nemen door de interventie.
Vanwege de opzet en omstandigheden is een echte effectstudie moeilijk uit te voeren. Daarom zal er gekeken worden naar een belangrijke voorwaarde voor kwaliteit: kwaliteitsbegrip.
Kwaliteitsbegrip is het construct wat leerlingen van kwaliteit hebben, Claxton (1995) noemt dit “een neus voor kwaliteit” (p. 339).

Lees verder…

Peerfeedback bij sectorwerkstuk

Dit schooljaar heb ik drie peerfeedback-momenten ingebouwd tijdens de onderzoeksfase van het sectorwerkstuk voor het vmbo. Ik heb de leerling instructie gegeven over verschillende niveau’s van feedback en ze uitgedaagd elkaar feedback te geven op een zo hoog mogelijk niveau. De leerlingen geven elkaar feedback via Google Docs, hierbij kan ik leerlingen digitaal toewijzen en leesrechten en reageer rechten geven en hiermee zorgen dat alle keren verschillende mensen elkaar feedback geven.

Lees verder…

Re: workshop peerfeedback

Op de eerste edcamp in 2013 heb ik dankzij Esther van Popta kennisgemaakt met het perspectief van peerfeedback geven als leermiddel.
In het kader van mijn praktijkonderzoek deze repost:

Esther van Popta vertelde over de voordelen van Online Peerfeedback, naar aanleiding van haar onderzoek. Naar feedback wordt al veel onderzoek gedaan, maar alleen naar de ontvanger, nog niet zo veel naar de gever. Terwijl de feedbackgever eigenlijk het meeste leert. Wanneer de gever naar een product van een ander kijkt, heeft hij zijn eigen product in zijn hoofd als referentie en ziet hij wat hij zelf nog beter zou kunnen doen.
Wat is goede feedback?
Esther van Popta noemt vier niveau’s van feedback:
► Evaluatieve oordeel;
► verbetersuggestie;
► verklaring waarom feedbacker dit vindt;
► relevant theoretisch concept.

In een rubric zou je kunnen aangeven wat de criteria van de feedback moet zijn voor een VMBO-leerling.

(Origineel)

Leerlingen als feedbackconstructor

Hebben 12 tot 16-jarige vmbo-leerlingen wel iets aan elkaars feedback?

Veel onderzoeken richten zich op de effecten van het ontvangen van feedback. David Nicol (2011) en Marjo van Zundert, Dominique Sluijsman en Jeroen Merriënboer (2010) vinden er ook gekeken moet worden naar de effecten van feedback geven.

David Nicol geeft zes redenen waarom juist het geven van feedback het leren helpt:

Lees verder…